Aandacht
Gisteren zijn we geweest. Een bijzondere ervaring. Persoonlijk vond ik het niet eng en dat gold eigenlijk voor ons alledrie. Van de meeste lichamen is het oorspronkelijke gezicht ook niet goed te zien en dat is maar goed ook. Als dat wel zo zou zijn, is het misschien een stuk confronterender. Je kunt het vergelijken met een anatomieles. Maar dan met Ècht menselijk materiaal. Onvoorstelbaar om bijvoorbeeld te zien hoe ze in beeld hebben gebracht over hoeveel bloedvaten een mens beschikt. En onwaarschijnlijk ook hoe gedetailleerd plaques eruit zien. Nee, niet van een MRI, maar van een Ècht in plakjes gesneden mens. Ter ere van haar vertrek naar Verweggistan hebben we de dag afgesloten met *kuch* dure, maar werkelijk niet te versmaden, Sushi. Mjummie. Voor de gevoelige mensen onder ons die de expo nog willen bekijken, lijkt het me aan te raden ook deze volgorde aan te houden 😉
Ohja, foto’s nemen op de expo was helaas verboden.
En soms ben ik het wel eens helemaal zat. Waar ik ook ga: overal dezelfde winkels, dezelfde ketens. Met als gevolg dat ieder stadscentrum op elkaar lijkt. We kopen onze schoenen allemaal bij Ène schoenenwinkel; onze kleding komt nagenoeg van dezelfde winkelketens. In badkamers staan dezelfde flesjes en zelfs op ieder willekeurig bedrijf kom je dezelfde sanitair-voorziener tegen. Ga ik in d·t bedrijfsrestaurant eten, kom ik dezelfde cateraar tegen als bij ons op kantoor.
En zelfs bij jou voel ik me thuis. Want jij hebt ook die Ikea-meubels. Jij hebt ook dat Senseo-of Nespresso-apparaat welk ik feilloos weet te bedienen. Misschien verschillen we van elkaar in het smaakje dat we kiezen, of de kleur, maar steeds meer voel ik me in een keurslijf van verplichte keuzes geplaatst. De keuzes worden voor me gemaakt door het (beperkte?) aanbod. Overal hetzelfde, alles hetzelfde. (Massa)productie, (massa)consumptie..? Tenminste, zo voelt het. En bij tijden word ik er een beetje opstandig van. Ik wil namelijk zelf bepalen w·t, hoe, wanneer, hoe vaak en in welke kleur of vorm.
Vrijheid van keuze Meer lezen »
1. De ader wordt aangeprikt in ÈÈn arm en het bloed gaat (onder toevoeging van antistollingsmiddel) via een slangetje naar een machine.
2. In deze machine wordt het bloed gescheiden in cellen en plasma.
3. Het plasma wordt opgevangen in een zak.
4. De bloedcellen worden via het slangetje teruggegeven.
En zo ging ik deze week voor de 102-de keer. Da’s dus 102 x 600 ml= 61,2 liter van mijn plasma. Bij deze maak ik nogmaals van de gelegenheid gebruik om ieder te wijzen op het feit dat bloed en plasma geven van levensbelang is. Kijk hier voor meer info en doe ’s gek en meld je aan 😀
Die hendel links van uw stuur, dat zwarte ding met die plaatjes van die lampje erop, ja. Ja, die. Weet u waar die voor dient? Nee? Nou dat dacht ik al wel. Ik zie u namelijk zÛ vaak van baan veranderen, voorsorteren en ga zo maar door, zÛnder richting aan te geven. En dat is niet zo prettig. Want u kunt van mij namelijk niet verwachten dat ik door de achterruit in uw hoofd kan kijken of u misschien naar links of rechts wilt bewegen. Dus doet u mij en de andere weggebruikers een plezier en gebruik dat ding! Oh, u weet niet hoe? Okee, hier dan een kleine uitleg:
– beweegt u de hendel naar boven: dan geeft u richting voor een beweging naar rechts
– beweegt u de hendel naar beneden: dan geeft u richting voor een beweging naar links
Ziet u nou wel, zo moeilijk is dat toch niet?
—–
De (afhankelijke) mens als geldmachine.
Stel: Je neemt opdrachten aan van opdrachtgevers: simpel werk, zeg inpakwerkzaamheden. Tegen een scherpe prijs, want je beschikt immers steeds een maand of zes over niets kostende gesubsidieerde ‘werknemers’ die, met behoud van uitkering vanuit een al dan niet gemeentelijk traject, in een spartaans ingerichte hal hun werkzaamheden (moeten) verrichten. Geen Slechte verwarming, gÈÈn daglicht en slechte voorzieningen.
Opdrachtgever blij; die hoeft niet naar Polen, RoemeniÎ of China met z’n opdracht. Opdrachtnemer blij; die haalt opdrachten (lees: geld) binnen, terwijl de productie ‘m niets (of ontzettend weinig) kost en misschien kan hij hier en daar nog wel een trajectje van UWV, Gemeente of verzekeringsmaatschappij vergoed krijgen. Uitkeringsgerechtigde: niet zo blij; van hem wordt uiteindelijk verwacht mee te werken in dit Spartaanse traject. Doet hij dat niet, dan kan hij namelijk een fikse korting op zijn uitkering verwachten.
En let wel: ik ben er niet tegen dat mensen werken voor hun geld, dat doe ik ten slotte ook. Maar… ik krijg wÈl een marktconform salaris Èn ik mag niet klagen over mijn arbeidsomstandigheden en -voorwaarden. Voor mijn gevoel zijn in de hierboven beschreven situatie de uitkeringsgerechtigde Èn de subsidieverstrekker vooral ‘het lul’. De twee andere partijen spelen ‘baasje’ en verdienen een hoop geld met de inzet van gemeenschapsgeld en claimen hierbij zelfs een grote maatschappelijke verantwoordelijkheid. “Kijk eens hoe betrokken wij zijn…” Iemand met een goede neus voor kansen wordt hier rijk, dat k·n gewoon niet anders.
Het komt vast (zoals zo vaak) in onbegrijpelijke taal uit mijn handen, maar het gevoel blijft evenzowel vervelend. Dus ik begrijp het ook helemaal als jij me niet helemaal begrijpt, maar ik moest er gewoon wat over kwijt. In ieder geval dank voor het lezen. 🙂
Omstreden, verguisd, controversieel en ga zo maar door. De expositie van echte lichamen heeft in ieder geval wereldwijde bekendheid. Vandaag las ik dat er lichamen naar de Beurs van Berlage in Amsterdam komen. Luguber? Ja! Maar ik wil ze heel graag zien. Ze hebben een geweldige techniek ontwikkeld waarbij ze de lichamen met behulp van een polymeren (? zoiets volgens mij) plasti ficeren neren.
Maar natuurlijk bedacht ik me: “Hebben die mensen zich daar ooit voor opgegeven?”, “Zijn er ook mensen die weten dat hun familielid ‘on display’ staat tijdens zo’n tentoonstelling?”, “Hoeen waaraan zijn ze overleden?”. Op die en meer vragen hoop ik in ieder geval tijdens de tentoonstelling een antwoord te krijgen.
Daar in Kopenhagen kreeg SmaRts een rondleiding in de ‘Vrijstad Christiania’. Mijn urban-graffiti-foto’s heb ik er gemaakt. Een bijzonder gebeuren daar. Luc van Bakel schreef er in 2005 al een mooi artikel over. Er bestaat momenteel een vacuum over de plannen met de wijk. Projectontwikkelaars staan te springen om dure appartementen(complexen) op het stuk land te zetten. De bewoners willen er (uiteraard) niet weg. Helaas vindt de harddrugs ook vaak de weg naar de Vrijstad, waardoor een nog groter excuus voor de gemeente ontstaat om het sociale experiment definitief te beëindigen.
Vanavond gezien/gehoord in Netwerk. Hoe nabestaanden vertelden dat ‘zijn laatste zeven maanden wel degelijk zinvol waren‘.
Het ging in dit geval om hun (schoon)vader: een man met een ernstige longaandoening, levensmoe en erg benauwd. De zieke man was verteld door thuiszorg en andere-‘niet-door-kennis-gehinderde-professionals’ dat palliatieve sedatie een snelle manier was om dat laatste stukje naar de dood sneller te overbruggen. Dus eigenlijk een alternatief voor euthanasie. Dat wilde hij wel. De huisarts was happig en wilde hieraan wel meewerken. Dat dit niet volgens de richtlijnen was (pas toepassen als je verwacht dat iemand niet meer dan twee weken zal leven) en dat doodgaan op deze manier (in zijn situatie) niet binnen drie dagen gepiept zou zijn, waren die professionals vergeten te melden. Interventie van de kinderen zorgde ervoor dat de palliatieve sedatie uiteindelijk niet doorging en dat het zelfs nog zeven maanden duurde voordat de man overleed. ‘En dat waren’, volgens de kinderen, ‘zinvolle maanden’. Ik vraag me dan af: Zinvol? Vanuit wiens oogpunt? Van hen of van hem?
Ik zeg wel eens dat ik vind dat de mens tot veel meer in staat is dan ‘ie vaak denkt. Maar dattie voor een ander bepaalt of zeven maanden langer leven met een slopende ziekte, wel of niet zinvol is… “Detail!” zul je zeggen. Of: “Daar ging het helemaal niet om!”. Daar heb je gelijk in. Het was een uitzending waarin aandacht werd gevraagd voor: het fenomeen palliatieve sedatie als uitweg voor euthanasie. Hierdoor fungeert het nu als een soort van passieve actieve euthanasie. En da’s helemaal niet goed. En da’s een discussie waar het laatste woord nog niet over is gezegd.
Ik blijf nadenken over zo’n klein iets als zeggen dat iemand zijn laatste tijd ‘zinvol’ is doorgekomen. Want dat hele dilemma kreeg ik -in mijn vorige leven als verpleegkundige- door patienten voorgelegd als een dokter de slechte boodschap had gegeven. Wel of niet chemo? Wel of niet doorgaan met behandelen? En wat als niet? En wat als wel? En ik kon er nooit antwoord op geven. Want ik had de pijn en andere symptomen niet. Ik hoefde de keuze niet te maken. En wie bepaalt nou uiteindelijk wat zinvol of zinloos is?
Nou ja, never mind. Laat mijn gedachten maar weer dwalen, er zit waarschijnlijk toch geen eind aan.
Edit: wat een lap tekst…
En ineens was daar die uitnodiging voor een verjaardag. Maar al twee jaar heb ik niets meer van ze vernomen. Ik heb om die reden dan ook bedankt voor de eer. Ik denk dat het nu voorgoed over is…so be it.