Bored
Regen, regen, regen. Vervelend, he?
Die auto kwam wel heel erg dichtbij. Vlak voor mijn voeten stopte ze. Er zat een bejaarde dame naast haar. Ik gokte dat het haar moeder was. Ik wilde bij voorbaat al roepen dat ik niet van hier was toen ze haar raampje open draaide, maar ze vroeg “Kunt u mij vertellen hoe ik in Joure kom? .” Huh? Joure? Mijn hersens schakelden razendsnel. ‘Noord Nederland te bereiken via…’, had ik onderweg op een bord gelezen, maar wélke weg er geadviseerd werd was me ontschoten. Die informatie was voor haar voldoende om rechtsomkeert te maken. En ik kon weer verder met mijn voettocht door de grootste gemeente van Flevoland.
De fotoclub. Door alle drukte met mijn opleiding en nieuwe baan zo goed als geen tijd gehad om op pad te gaan met de fotoclub. Maar op mijn vraag aan de docent of het dan wel zinvol was te exposeren, was het antwoord: “Beter iets dan niets!” Nu is die expo niet zo heel bijzonder. De bezoekers ervan bestaan meestal uit vrienden en familie van de betreffende fotoclubleden, maar tóch, het is leuk om je foto’s eens te zien hangen in een andere ruimte dan je eigen huiskamer. En dus moet ik op zoek naar geschikte foto’s. En uiteraard aan haar gevraagd of ik die foto van haar mooie buik mag gebruiken en gelukkig zei ze ja. Die pronkt straks als grootste tussen de andere foto’s.
Schotland was even hier in Dordrecht tijdens het Schotlandfestival. Muziek, dans, zang, eten en drinken. Schotse wijn, whisky en haggis. Kleurrijke mensen in kleurrijke klederdrachten. En oja, bukken met een kilt doe je discreet, da’s dan wel weer jammer. 😉
Aangezien ik van de 65 kilometer zo ongeveer 50 kilometer in de file sta, heb ik gelegenheid genoeg het een en ander met de telefoon vast te leggen. Auto’s van minimaal Ä 112.000,- in de spits die ineens opdoemen in de achteruitkijkspiegel. Mooie vergezichten en indrukwekkende luchten. Niet te vergeten de half vergane roadkills.
Genieten van de warmte op m’n lijf en van de dingen die om me heen gebeurden:
de ekster die kwam kijken of er iets te eten was, de kat die loom onder de stoel ging liggen, gespetter van het buurmeisje in haar zwembadje. Toen mijn boek uit was, verkende ik het nieuw aangelegde pad langs het water en legde vast wat ik mooi vond.