…is geen sinecure.
En nee, ze leest niet voor uit eigen werk; SmaRts heeft (in haar vorige leven als zuster) wel heel wat bevallingen meegemaakt en besloot toen ook, met veel respect, dat bevallen vooral iets is voor andere vrouwen. Sinds bijna een week is er SmaRts’ nieuwe buurmeisje. Haar grote broer, de buurjongen van bijna vier, nodigt iedereen uit: “Ik heb een baby! Kom je naar mijn baby kijken?”. Verder weet ‘ie eigenlijk niet zo goed wat hij met al het gedoe aan moet en concentreert zich vooral op zijn speelgoed. Morgen is het buurmeisjes’ eerste ver-week-dag; ze is dan alweer een hele week buiten het comfortabele van moeders buik.
Mijn relatie met deze buurtjes gaat al long way back, tot in de kindertijd, zo lang als ik me kan herinneren eigenlijk. Het is dan ook geen toeval dat we zo dicht bijelkaar in de buurt zijn gebleven. Trots op de prestatie die buurmams en buurpaps leveren (momenteel vooral bepaald door de slapeloze nachten, stuwing, kraamvisite en wegbezuinigde kraamzorg), verkeer ik in een blijde staat van opnieuw ’tante-zijn’. En dat moest ik even kwijt.