Frankrijk is altijd goed
Het was in augustus tijd om er weer eens op uit te gaan. Maar Zuslief en ik hebben niet altijd tegelijkertijd vrij vanwege haar wisselende diensten. Een lang weekendje was er echter wel uit te persen. Maar waarheen? Na alle overstromingen leek de Eifel niet gepast. Frankrijk zou het wordt, want Frankrijk is altijd goed. Normandië. Kliffen, wandelen, uitwaaien en (militaire) geschiedenis. Donderdagavond de auto in en zondag weer terug. De reis zelf is vaak al een belevenis. Gek genoeg komen we -zonder daar zelf enige invloed te hebben- vaak op de vaagste wegrestaurants of tankstations terecht. Of het ligt gewoon aan België, dat kan ook.
Le Mont Saint Michel
De Mont Saint-Michel is een klein, rotsachtig getijdeneiland in Normandië, Frankrijk gelegen in een grote baai aan de monding van de Couesnon. Het granieten massief van de Mont Saint-Michel is bekroond met een middeleeuwse abdij. Op de torenspits van de abdijkerk staat sinds 1898 een beeld van de heilige Michaël dat honderdzeventig meter boven de baai uitsteekt. Het eiland ligt ongeveer 1 kilometer uit de kust bij de plaats Avranches in Normandië. Het is oorspronkelijk een getijdeneiland: het was over land bereikbaar bij laagwater, maar bij hoogwater was het omringd door water. Tegenwoordig loopt er een smalle brug, met pendeldienst, naar het eiland. De Mont Saint-Michel, met zijn trapstraten, is alleen toegankelijk voor voetgangers. (Bron: Wikipedia)
Donderdagavond zijn we dus laat in de avond vertrokken om in alle vroegte in het dorpje aan te komen, waar vandaan we te voet de weg naar Le Mont Saint Michel aflegden. We ontmoetten een otter, heel bijzonder. Het zeewater vond rondom onze aankomst zijn weg terug naar het land en met het binnenkomen van het water zagen we een aantal zeehonden weer naar open zee vertrekken. Ook bijzonder. Le Mont Saint Michel werd wakker en langzaamaan werd het licht. De bedrijvigheid startte op en we hebben kunnen profiteren van een rustig en onbevolkt eiland. Gek wat Covid-19 met die toeristische plekken heeft gedaan. Triest voor de plaatselijke ondernemers, maar zo’n reset geeft ook rust en laat zien wat het was voordat het overspoeld werd door volksstammen toeristen.
Utah Beach
Onze volgende stop die dag was Utah Beach bij schiereiland Cotentin. Zuslief was nog niet eerder op de historische stranden en vanwege haar militaire geschiedenis extra speciaal. Of het komt doordat er gewoon minder toeristen waren, geen idee. Maar het geheel kwam vrij bescheiden over. Mooi. Het wordt niet uitgemolken, het blijft integer en respectvol. De alliantie en de gezamenlijke strijd zijn bij wijze van spreken nog voelbaar.
Utah Beach is de codenaam van het meest westelijke van de stranden die waren uitgekozen voor de landing in Normandië. Utah Beach is het landingsstrand op het schiereiland Cotentin ten westen van de monding van de Douve en de Vire. Het strand was toegewezen aan de Amerikaanse 4de infanteriedivisie en het 70ste tankbataljon en het binnenland aan de 82ste en 101ste luchtlandingstroepen. De landingen op Utah Beach, Omaha Beach, Gold Beach, Juno Beach en Sword Beach waren een groot succes, waaraan echter ook de 13.100 parachutisten van de 82e en 101e Luchtlandingsdivisie hadden bijgedragen; die waren in de nacht van 5 op 6 juni erg verspreid landinwaarts terechtgekomen, waarbij zij aanzienlijke verliezen leden. De meest legendarische episode van die nacht voltrok zich in het dorpje Sainte-Mère-Église, 10 km landinwaarts vanaf Poupeville. De parachutisten bemoeilijkten niettemin de Duitse tegenaanval op de gelande troepen op Utah Beach. Aan het einde van D-Day waren op Utah Beach ongeveer 20.000 manschappen en 1.700 voertuigen geland, met ongeveer zevenhonderd doden en gewonden aan geallieerde zijde. Utah Beach was het strand met de minste verliezen. Op het andere Amerikaanse landingsstrand, Omaha Beach, waren de verliezen dramatisch, van de eerste landingsgolf werd 50% uitgeschakeld. (Bron: Wikipedia)
Na dit bezoek zijn we gaan uitwaaien aan het strand van Barneville waar we in de verte Jersey zagen liggen. Genoten van een prima lunch en voor het eerst in mijn leven wulken gegeten. Beetje apart, maar wel okee. Daarna door naar ons overnachtingsadres in Vains waar we vanaf onze slaapkamer zicht hadden op Le Mont Saint Michel. Lag overigens direct aan de GR21.
Omaha Beach
Via het hoogste punt van Normandië (bij Chaulieu) zijn we de volgende dag naar Omaha Beach gereden. Hier is de herdenking iets minder bescheiden opgezet. Er is een museum en een grote begraafplaats.
Omaha Beach was de geallieerde codenaam en thans ook de lokale naam voor een van de vijf (Utah, Omaha, Gold, Juno en Sword) landingszones voor de Landing in Normandië op 6 juni 1944. Het strand is ongeveer vijf kilometer lang, van Sainte-Honorine tot Vierville-sur-Mer. De landing op Omaha Beach leidde tot grote geallieerde verliezen. Volgens het oorlogsdagboek van de 1ste divisie waren alle officieren en sergeanten van de divisie binnen tien minuten na het neerlaten van de landingskleppen gewond of dood. De divisie had geen leiding meer en reageerde nergens meer op. Na een uur bevonden de mannen zich nog steeds op het strand, in dekking tegen hevig machinegeweervuur. Bij de tweede landingsgolf kwamen enkele troepen bij strandgedeelte Dog White redelijk ongeschonden aan land. Met onder andere deze troepen wist brigadegeneraal Norman Cota om 9.00 uur de eerste grote doorbraak door de Duitse linies van Omaha Beach te forceren en een strandopgang veilig te stellen. De verdediging werd die dag op verschillende plaatsen doorbroken en de overgebleven Duitsers trokken zich op 7 juni terug naar het achterland. De Amerikanen telden uiteindelijk meer dan drieduizend doden en gewonden, waarvan tweeduizend in de eerste uren van de invasie. Onderzoek door BBC documentairemakers in 2007 gaf aan dat deze verliezen vermoedelijk veel hoger waren en dat in de eerste achttien uur van de invasie vierenhalf- tot vijfduizend man omkwamen en gewond raakten op Omaha Beach. (Bron: Wikipedia)
Na Juno Beach en met een hoop kennis van de strategie van de geallieerden, maar ook erg onder de indruk van de grote verliezen, zijn we op weg gegaan naar Ouistreham. Onze overnachtingsplek. Langzaam aan weer noordwaarts op weg naar huis.
Falaises d’Étretat
Maar eerst via Le Havre en de Pont de Normandie. Machtig mooi stuk om te rijden. Onze laatste overnachting zou in de buurt van Étretat zijn. In de ochtend ernaar toe gereden en de auto geparkeerd in de buurt van de vuurtoren. We hebben die dag een prachtige wandeling gemaakt over de kliffen en incidenteel via een standje. Niet de gemakkelijkste wandeling, maar prachtig! De wandelstokken kwamen voor het eerst van pas.
De nacht brachten we door op een bijzondere camping in de buurt. Zondagochtend zijn we eerst brood en kaas gaan halen en daarna op weg gegaan naar huis. We hebben een machtig mooi wekend gehad. Veel indrukwekkende zaken gezien. Heerlijk gewandeld en uitgewaaid.
Dat ik een paar weken later sommige plekken opnieuw zou zien, wist ik toen nog niet, maar daarover later meer.