Zoals ik al in de vorige post aangaf: er ligt een uitdaging. In ieder geval om ingeloot te worden, maar naast dat sowieso om een tocht als de TGOC te maken in het geval we niet ingeloot worden.
De eerste training verliep succesvol, maar met een eerste training zijn we er nog lang niet. Het was prachtig weer, iets waarvan we straks in Schotland alleen maar kunnen dromen. Waarschijnlijk zal het erg nat, winderig en koud zijn. Alles wat het dan beter is, is meegenomen. 21 oktober sluit de inschrijvingsdatum en er is plek voor zo’n 350 mensen. Het is komend jaar een jubileumeditie en alleen al om die reden zou het zomaar veel meer in trek kunnen zijn. Daarnaast zijn er veel wandelveteranen die de toch al tig keer hebben gelopen. Geen idee of dat meetelt in de loting. We wachten het vol spanning af…
… tot die tijd trainen we gewoon verder.
We blijven ook nog steeds onze uitrusting bij elkaar verzamelen. Steeds een beetje meer. In de veronderstelling dat we in ieder geval meer van dit soort tochten kunnen maken.
Het natte Schotland
Nog niet zo lang geleden maakte ik een rondreis door Schotland. Dat was iets wat ik al heel lang graag wilde doen. De route zelf helemaal uitgestippeld en veel van de Schotse Hooglanden en de Orkney-eilanden kunnen zien. Genoten van prachtig weer, maar ook mee kunnen maken hoe nat, mistig en koud het er kan zijn. Mijn liefde voor Schotland is er geboren en gekscherend zeg ik altijd dat ik daar politiek asiel wil aanvragen als het politieke klimaat in Nederland niet meer naar mijn zin is! Geintje natuurlijk.
Maar serieus. De mensen zijn aardig, er is best nog wat ruimte, ze proberen respectvol met de natuur om te gaan en niet onbelangrijk: ik voelde me er goed met zoveel ruwe natuur om me heen.
Uitrusting
In de vorige post beloofde ik dat ik een lijstje zou maken met waar onze uitrusting tot op heden uit bestaat. Dat is een karweitje en ook van dynamische aard omdat we nog zaken aan het uitproberen zijn. Maar een aantal dingen staan al vast. Omdat ze goed bevallen zijn of omdat alternatieven (nu nog) te duur zijn.
De belangrijkste zaken die we tot nu toe hebben aangeschaft:
Rugzak: Osprey Aura 65 AG Women’s (2110 g)
Tent: Decathlon Quickhiker Ultralight 2 (1960 g)
Matje: Crivit Lichtgewicht campingmat (460 g)
Slaapzak: Forclaz 900 0 graden (980 g)
Isolatiemat: M200 trekking decathlon (410 g)
Grondzeil: Tyvek, op maat geknipt (150 g)
Hygiene
Een van de uitdagingen tijdens zo’n tocht is de hygiene. Hoe plas je, hoe poep je, hoe was je jezelf. Was je je kleding en hoe dan. Hoeveel onderbroeken heb je bij je en hoe doe je dat als vrouw als je bijvoorbeeld ongesteld bent? Ik vond een video op Youtube van Dixie, een super-ervaren wandelaar en hiker die openheid van zaken geeft op een hele realistische, grappige, maar waardevolle manier:
‘Embrace your stink‘ 🙂
Dixie, 2017
Ik neem helemaal aan dat je deze video niet helemaal gaat afkijken. Belangrijkste is dat zij zeer praktisch met haar hygiene om gaat. Een onderbroek kun je bijvoorbeeld twee keer dragen voordat je hem gaat wassen. Zo hoef je misschien maar twee onderbroeken op een lange tocht mee te nemen. En deodorant? Zij doet het zonder. Wassen met water zou voldoende moeten zijn en na een lange tocht ruikt niemand meer echt fris. Haren wassen is lastig. Met lang haar een vlecht erin -dat zie ik bij festivals ook vaak- en anders een beetje talk erdoor. Ik heb gelukkig geen lang haar en sinds de festivals is wassen met koud water voor mij ook niet echt een issue meer. Deze video geeft mij wel belangrijke tips hoe praktisch met hygiene om te gaan. Ik kan er zeker wat mee.
Wat mij vooral belangrijk lijkt, is dat ik kan genieten van mijn omgeving tijdens het wandelen. Ik hoop in ieder geval dat de omstandigheden zo zullen zijn dat het niet alleen kommer en kwel is. Daarom vind ik het ook belangrijk om van te voren genoeg te oefenen en voldoende kilometers in de benen en rug te hebben.
Hierboven een aantal foto’s van de rondreis naar Schotland. Zoals je kunt zien geweldig mooi weer.
Kastelenland
Schotland is kastelenland. De hooglanden staan er vol mee. Het zou mooi zijn als we op onze wandeling een paar mooie kastelen tegenkomen.
Prachtig toch? Ook hier was het was wisselvalliger weer en het gras drassig en nat. Zeker iets om rekening mee te houden, maar de rust, de ruimte en het uitzicht was onbetaalbaar.
Wij (Zuslief en ik) zijn gek, maar dat wisten we al lang. De inschrijving voor de TGOchallenge ging open vanaf 14 september 2018, Zuslief nam de honneurs waar en schreef ons in. Vanaf mijn vakantieadres in Barcelona heb ik desgevraagd nog wat extra info gemaild aan de organisatie. Off we go!
Nou nee, niet helemaal, want de inschrijving sluit 21 oktober en pas dan weten we of we ingeloot zijn en ook echt mee mogen doen met de challenge. Maar willen we toch een klein beetje kans maken die challenge -mits we ingeloot worden- ook succesvol af te ronden, dan is het van (levens?)belang om ook ervaring op te doen. Wildkamperen is bijvoorbeeld in Nederland verboden, dus ja, hoe doen we dat dan en het liefst op een budgetmanier? Drie of vier dagen achtereen zo’n 25 kilometer wandelen, gaat dat wel lukken met een volle rugzak op je rug? En hoe groot is de last die je dan kan dragen? Mijn doel was 10 kilo, maar een specialist bij een Outdoorwinkel lachte me nog net niet uit toen ik dat zei. ‘Ik moest maar eerder aan 15 kilo denken‘. Mensen die mij kennen weten ook dat ik niet zo goed tegen dat soort dingen kan. Mensen die zoiets zeggen. Dan krijg ik bewijsdrang. Al was het alleen al om te laten zien dat ik echt wel onder die 15 kilo kan blijven. Maar dat terzijde. Wat ook een uitdaging is, is om te zien hoe je omgaat met het opzetten van je tentje na een dag wandelen. Het opbreken na een (koud en/of winderig en/of regenachtig of alles van dat) nachtje slapen. De vermoeidheid bij slechte weersomstandigheden. Het navigeren en een zo gemakkelijke, maar groen mogelijke route vinden. Nou, dat soort dingen.
Ikea onder de outdoorwinkels De inschrijving loopt nog en wildkampeerervaring hebben we dus niet. Met de inschrijving committeren we ons toch ook al een beetje aan de challenge zelf. Maar, we hebben elkaar beloofd dat als we niet ingeloot worden, we op eigen houtje zo’n tocht gaan doen. Misschien ook wel in Schotland of in een van de andere landen waar allemansrecht is en je mag wildkamperen. En omdat we dat hebben beloofd, vonden we dat we ook een excuus hadden om alvast wat uitrusting aan te schaffen. En echt he, een outdoorwinkel is voor ons een soort van snoepwinkel. De mooiste en vaak ook duurste uitrusting, de gadgets, de survivaldingetjes. Nee, niet goed voor de portemonnee. Maar, er is ook een ‘Ikea onder de outdoorwinkels’: Decathlon 🙂 Die winkel laat zien dat je voor een fractie van de reguliere prijs ook mooie dingen kunt aanschaffen die kwalitatief helemaal niet onder doen voor de high end outdoordingen. Een ultralichte tent weegt ongeveer een kilo. Bij Decathlon weegt zo’n zelfde tent 1,9 kilo. Ja, dat is iets zwaarder, maar scheelt ook gauw € 600,- en dan is de keus gauw gemaakt. die 0,9 kilo extra zal ergens anders vanaf gaan, dat is wel zo. Dan maar geen deodorant. Dagelijks wassen met water zou ook moeten voldoen, toch? Hetzelfde geldt voor de slaapzak; die heb je ook in alle prijzen. Maar ook bij deze budgetwinkel is een prima ultralichte slaapzak te koop en daar gaan we dan maar voor.Bij de gerenommeerde outdoorwinkel hebben we een rugzak uitgeprobeerd. Speciale vrouwensnit en lovende kritieken. Nu is die rugzak best een essentieel ding als je lange stukken wilt wandelen. Dus hierop hebben we niet beknibbeld, behalve dan dat we via het vergelijken van aanbieders denken de goedkoopste aanbieding te hebben gevonden. Beetje bij beetje is onze uitrusting dus aan het groeien en ik kreeg het tentje voor mijn verjaardag!
Het werd tijd om eens uit gaan proberen wat we tot nu toe bij elkaar hebben verzameld. Ik zal nog wel eens een tabelletje maken met de dingen die we denken mee te nemen. Maar: ervaring doe je op door te doen, dus planden Zuslief en ik een Weekend Wildkamperen. Nou ja, bijna wild dan, was het plan. In Nederland is wildkamperen niet toegestaan, maar Staatbosbeheer heeft op een aantal plekken in Nederland ‘paalkamperen‘ toegestaan. Dat is eigenlijk hetzelfde als wildkamperen, maar binnen regels. Dus toch niet wild, maar getemd eigenlijk. Op hun site:
Paalkamperen onder de sterrenhemel ergens op een stille plek in de natuur is een compleet andere beleving. Zonder buren, zonder douche en zonder toilet. Met fantastisch uitzicht en grote kans op een ontmoeting met een edelhert, ree, wild zwijn of bever. Paalkamperen is de kunst om van weinig alles te maken. Alles wat je nodig hebt, moet passen in een rugzak. Meer heb je niet nodig om van de vrijheid te proeven die Paalkamperen zo bijzonder maakt. Wanneer je eenmaal hebt wild gekampeerd wil je nooit meer anders.
Zelfvoorzienend Dat paalkamperen ziet er superavontuurlijk uit. De plekken vind je alleen op de coordinaten. Dat is niet zo moeilijk met Google Maps, maar het klinkt wel stoer. Op die plekken zijn eigenlijk nulkommanul voorzieningen: geen elektriciteit, geen watervoorziening (op sommige plekken zijn nog waterpompen met niet-drinkbaar water) en er mogen per keer maar drie tenten staan en die mogen niet langer dan 72 uur daar staan. Zelfvoorzienend. Zoals straks in Schotland. Ons doel was een tocht in een weekend waarop we zowel op de zaterdag als de zondag zo’n 20-25 kilometer zouden wandelen met rugzak en ’s nachts kamperen op een paalkampeerplek. Na wat wikken en wegen bleek de route station Breda-Prinsenbeek naar de Strijbeekse Heide een mooie afstand: zo’n 22-24 kilometer. De paalkampeerplek zag er vanuit de lucht via Google Maps prachtig uit.Gestart vanaf station Breda-Prinsenbeek, met Google Maps als navigatie, zijn we gaan wandelen. Met prachtig nazomerweer. Door wijken, langs huizen van kennissen, door het bos, over weilanden. Bij de supermarkt hebben we onderweg een lunch gescoord, kilometers lang hebben we met een leeg plastic flesje gelopen omdat we geen vuilnisbak tegenkwamen, we dronken een wit-biertje bij een cafe op de hoek. Daar hoorden we dat er ’s morgens ijs op de ramen van de auto’s had gezeten. Uhhh, oeps.
Al bezet en niet zo stil Zes minuten van de paalkampeerplek bleek een groot restaurant te zitten. Daar konden we onze watervoorraad bijvullen (omdat we te ‘chicken’ bleken het waterfilter met water uit de Mark te gebruiken, haha!). Daar hebben we ook nog even een goede bak koffie gedronken. Op die plek vroegen we ons ook af wat we moesten als er al drie tenten bleken te staan. Wat dan? We gingen er vanuit dat er niemand zo gek zou zijn als wij om met nachtvorst op de heide te gaan kamperen en gingen voorwaarts. Maar wat schetste onze verbazing: drie (!) tenten. Een stuk of zes Engelstalige jongelui en de belofte dat er nog een stuk of tien wat later zouden arriveren. Ze hadden het kampvuur aan en de muziek ook (hard). Zuslief opperde teleurgesteld: “Nou, dan gaan we maar weer terug…”, waarop ik reageerde dat ik dat absoluut niet van plan was. 22 kilometer gelopen en dan weer terug? Nevernooitniet. Dan maar ali-illegali en echt wildkamperen. Op zo’n 30 meter van de paalplek hebben we -al smoezen verzinnend voor als een boswachter langs zou komen om ons weg te sturen- op de rand van bos en heide onze tentjes gepitcht. Verdekt opgesteld en met een prachtig uitzicht over de heide. Ietwat weg van de toenemende herrie van de groep bij de paal. We hebben het ‘eten-uit-een-zakje’ geprobeerd, in het wild geplast, thee gemaakt en gedronken en genoten van een mooie zonsondergang. Daarna zakte de temperatuur vrij snel en voordat we helemaal koud werden, zijn we lekker in onze slaapzakken in ons tentje gaan liggen en zijn gaan slapen.
Rijp en havermout Op zondagochtend werd ik vroeg wakker, zo tegen half acht omdat ik erg moest plassen. In mijn slaapzak was het heerlijk warm, maar ik voelde aan mijn neus dat het erbuiten erg koud was. Maar ik moest er toch uit. Hup, het hoogstnoodzakelijke aan en tig meter verderop met de billen bloot om te plassen. Mijn telefoon gaf aan dat het 2 graden boven nul was en de heide was bedekt met rijp. Waanzinnig mooi. Zuslief werd uiteraard ook wakker en die andere groep mensen bij de kampeerpaal even later ook, dus lekker luisteren naar de wakker wordende natuur was er niet echt bij. Ons ontbijt bestond uit een zakje met water aan te maken poedermelk en van huis meegebrachte havermout. Dat bereiden ging prima, maar schoonmaken is een dingetje. De volgende keer zullen we ook voor het ontbijt kiezen voor havermout in een zakje. Schoner en gemakkelijker. Na het ontbijt zijn we onze spulletjes gaan opruimen en hebben we de rugzak gepakt.
Zo tegen half 11 waren we opgebroken (die andere ploeg mensen ook) en konden we een aanvang maken met het terugwandelen naar ons startpunt. Niet zonder eerst bij het restaurant (het Smokkelaartje) weer de watervoorraad bij te vullen, ons aan het wasbakje op te frissen en een goede bak koffie te drinken. Ook de weg terug hadden we opnieuw prachtig zonnig weer. De regenjas hebben we niet nodig gehad. Met de goede navigatiekunsten van Zuslief was de terugweg nog groener dan de heenweg en na ongeveer evenveel tijd als op de heenweg, bereikten we het station.
Kamperen met zuslief. Altijd feest. Waar ik nog niet over geschreven had, was dat Zuslief en ik in April zijn gaan kamperen in Flevoland en in mei in Duitsland.
Flevoland maar als eerste:
April?! In een tent? Ja, in april, in een tent. Uiteraard een natuurcamping mét de mogelijkheid van een kampvuurtje, dat is wel een voorwaarde inmiddels. Bepakt en bezakt op weg naar Flevoland.
Ja het was koud, maar nee we hebben het niet echt koud gehad. Eigenlijk hebben we het super gehad. Heerlijk gewandeld bij de Oostvaardersplassen, hagel op de nieuwe tent, wel een gat in de tarp tijdens een windvlaag maar wat kan het bommen, lekker de bbq mee, in een fleece gewikkeld in je slaapzak, lekker stil maar niet alleen op de camping, ontdekken dat Flevonatuur een naturistencamping was en geen natuurgebied, maar verder gewoon heerlijk buiten.
Flevoland was een prelude op Duitsland in de eerste week van mei, op de camping waar ik eerder met lief was. Ook weer een natuurcamping waar je een fikkie mag stoken. Heel rustig ook en een stuk warmer dan in Flevoland. Opnieuw veel gewandeld en veel gezien. De foto’s spreken voor zich (ja, ik weet het; er zitten dubbele foto’s bij).:
Ik heb een nieuwe pagina aan deze site toegevoegd. Je vindt ‘m in de koptekst naast de link naar de ‘Over Smarts’-pagina en de Linkjes. Het is een pagina die informatie geeft over een heerlijke gîte in de Jura in Frankrijk. Het plaatsen van deze informatie is een goedevriendendienst, niet commercieel bedoeld. Maar wel als tip om er eens lekker uit te zijn.
Dus:
Ben je op zoek naar rust, natuur en de authentieke Franse sfeer, ga dan zeker even op die pagina kijken!
Zuslief gaat als militair meelopen met de vierdaagse. En ze heeft een loopmaatje nodig, want haar militaire loopmaatje is even druk met andere zaken. Aangezien ik altijd wel in ben voor een wandelingetje, ga ik met haar mee. Ergens moest ik nog iets van wandelschoenen hebben. Dus op pad. We begonnen met een klein rondje van 5 kilometer op het eiland van Dordrecht en vervolgens naar de grotere afstanden buiten het eiland. Het langste rondje dat we vorige week liepen was 33 kilometer. Zij op kisten en haar grote militaire rugzak. Het is niet de bedoeling dat ze met volle bepakking gaat lopen, maar een beetje solidair wil ze wel zijn. Ik niet op kisten en met een klein rugzakje. Maar ja, ik ga dan ook niet de Nijmeegse lopen.
Ik fungeer ‘slechts’ als haas, door met haar mee te lopen probeer ik haar te motiveren en te ondersteunen. Onderweg hebben we het over van alles en nog wat, proberen we ons niet helemaal de blaren te lopen, halen we onze doelen en we zien nog eens wat. We zetten er een stevig tempo in als het kan en het is dus ook nog eens goed voor ons lijf. Onderweg hebben we leuke ontmoetingen en af en toe nemen we een fotootje van de omgeving. Erg leuk!