Hee, ik mis je weet je dat? ’t Is weer bijna die dag. Ik moet steeds veel aan je denken. En als ik aan je denk moet ik soms heel hard mijn best doen om je gezicht voor me te halen. En soms ook niet; af en toe kom je luid en duidelijk bij me binnen, vooral op de momenten dat ik het niet verwacht. Soms zie ik je zoals je ziek in bed lag. En soms zie ik je stralende lach, je schaterlach. Ik heb je zoveel te vertellen, ik heb alweer zóveel meegemaakt en ik heb je zoveel te laten zien. Zoveel waarvan ik zo graag wilde dat je onderdeel was. Er gaat geen dag voorbij dat ik niet aan je denk.