Dag 10: Zondag 19 mei 2019: Clachanturn – Shiel of Glentanar, 19,1 km
Dit bericht is onderdeel van een aantal berichten die gaan over de wandeltocht die mijn zus en ik in mei 2019 gaan lopen. Met deze berichten probeer ik mezelf voor te bereiden op de tocht. Door de route stap voor stap uit te schrijven, zie ik welke bijzonderheden we onderweg tegen gaan komen en kan ik alvast een beetje inplannen waar we wanneer zullen aankomen. Daarnaast hoop ik dat het voor jou als lezer ook leuk is om mee te gaan in onze voorpret. Op zijn minst hoop ik dat er een klein beetje informatieve waarde zit in deze berichten. Schotland is immers een prachtig land!
Vandaag is het zondag. Ná vandaag nog maar drie dagen wandelen, waarvan 1 dag nog zo’n 25 kilometer is en de laatste slechts 12,5. Vandaag lopen we onder Ballater langs en slapen doen we weer in the middle of nowhere. Onze vetter had geen bijzonder commentaar voor vandaag. Of dat dat dan betekent dat het ook een saaie dag wordt? Het is een gebied met geschiedenis en geschiedenis zit vol met verhalen. Soms griezelige en soms spannende verhalen. Saai? We zullen het zien.
(Abergeldie Castle) right E at Creaig Ghiubhais – follow towards Ballater – (Scurriestone) – go S at Bridge of Muick – Route 193 (SHT) – continue to floor of the glen near Shiel of Glentanar
Als we na ons ontbijt hebben opgebroken vervolgen we onze weg richting Ballater. Al vrij snel na ons vertrek lopen we langs Abergeldie Castle. Op het kaartje de eerste gele markering linksboven. Abergeldie Castle is door storm Frank bijna in de river Dee gevallen, zoals onderstaand filmpje toont. Gelukkig is het allemaal goed gekomen, maar deze storm heeft toen echt erg huisgehouden in Schotland.
Het is een mooi kasteel en zoals met vele kastelen, kent het een legende, die van Katie Rankie:
In 1603, French Kate or Kittie Rankie was accused by her employer, the lady of Abergeldie, of drowning the unfaithful Laird at sea. Some versions of the story have Kate refusing to work the magic requested of her by the lady, but by coincidence a storm is raised an the husband dies anyway resulting in Kate being accused of witchcraft by the Lady. Either way, the result is the same: poor Kate was imprisoned in the cellars before being burned at the stake on the hill which overlooks the castle (Craig-na-Ban). Since then, Kate’s ghost has been seen wandering the cellars and the clock tower, where she is supposed to have worked her black magic!
Het is maar goed dat we hier nu aan voorbij lopen en er niet hoeven te slapen. Iets verderop, na 3,5 kilometer, zien we aan de rechterkant van de weg (?) volgens de kaart een memorial. Ik heb geen idee wat het is en òf het er nog is. Het kan een Memorial well to Queen Victoria zijn, maar het kan ook een cairn zijn. Ik krijg het niet goed helder op het www, maar we lopen er langs. Dus als het goed is, kunnen we later bevestigen wat het was. Daarachter -of eigenlijk lopen we eromheen- ligt een heuvel: Creag Ghiubhais, 486 meter hoog.
We lopen weer door. Langs de B976 richting Ballater. Na een kilometer of 8 zien we links van de weg Knock Castle. Gebouwd in 1600 en dit is wat er nog van over is. Ook dit is een kasteel met een verhaal.
It is said that one day, when Alexander sent his seven sons out to cut peat for the winter store, the brothers strayed onto the Forbes Clan lands, when after several hours cutting were discovered by the Forbes and his men. A battle ensued, by the end of which all the brothers were killed. After the affray the Forbes decided to make an example of the Gordons. They severed the heads of the brothers and impaled them on their peat spades. After a while, concerned about the whereabouts of his sons, the Laird sent out one of his servants with a meal for the boys to look for them. When the boy’s heads were discovered the servant, distraught, ran back to Knock with the news of what had transpired that day. Upon hearing the news, Alexander Gordon collapsed at the top of the turnpike stair and tumbled to his death. The Forbes Laird was then taken and executed and all his lands were forfeited to Abergeldie. (Bron)
Als we nog een klein stukje doorlopen, passeren we een ‘standing stone’ die daar beter bekend is als de Scurriestone. Ze zeggen dat hij prehistorisch is. Het was een steen die er is neergezet om een splitsing in twee wegen te markeren.
We lopen door en we zien links van ons Ballater. Dat ligt aan de andere kant van het water van de River Dee, dus we komen er niet echt. Er zijn wel winkels en er is een grote camping. Morgen lopen we ‘maar’ 17 kilometer, dus stel dat er een storm raast of ander onheil ons nadert, dan zouden we in het gekste geval naar die camping kunnen lopen in plaats van naar onze wildkampeerplaats.
Ik ga er echter van uit dat dat niet nodig is en we gaan dus verder over de Bridge of Muick (spreek uit ‘Mick’) naar het zuiden. We lopen dan direct langs House of Glenmuick. Een prachtige accomodatie, waar wij weer gewoon aan voorbij lopen. Want? Ja! Wie wil er nou niet wildkamperen? 😛
Waarschijnlijk zien we er niet eens zo veel van. Als ik vanuit de lucht kijk, zien wij waarschijnlijk die mooie bomenrij en niet dat prachtige gebouw. Tenzij we natuurlijk besluiten het van dichtbij te bekijken, dat zou ook nog kunnen.
We lopen vervolgens nog een enkele kilometer in de beschutting van bomen om daarna weer de open vlakte in te wandelen. Het meest culturele van die dag hebben we dan eigenlijk wel gehad. Vanaf hier is het weer vooral Schots Hoogland. Waarschijnlijk zien we Mount Keen in de verte, daar gaan morgen naartoe. Het is een echte Munro en die gaan we ‘baggen’.
Vanaf het Estate gaan we ook klimmen. De komende 5 kilometer gaan we van zo’n 220 meter naar 571 meter. Dat wordt een stevige stiefel. We moeten trouwens niet vergeten nog ergens te lunchen. En: we lopen opnieuw op een heritage path: Mounth Road. Het kostte me wat moeite om uit te vinden wat het precies was, maar er is gelukkig informatie over. Zie hier.
It is also recorded that in July 1618, an early English traveller in Scotland, John Taylor, King James’ “Water Poet”, with some difficulty found his way by this road to the Braes of Mar: “Up and downe, I thinke this hill is six miles, the way so uneven, stony, and full of bogges, quagmires, and long heath, that a dogge with three legs will out-runne a horse with foure, for we were four hours before we could passe it.”
Bij kilometer 16 / 16,5 komen we op het hoogste punt van vandaag: 605 meter. Vanaf hier is het nog maar een paar kilometer naar de plek waar we willen overnachten. Op aanraden van onze vetter trouwens. Hij heeft het niet gemeld, maar ik gok omdat hij wist van het bestaan van deze plek. Het was een oude jachthut.
Mogelijk een mooie wildkampeerplek en een plek om een kampvuurtje te stoken om daarmee dag 10 van onze wandeling af te ronden. Het lijkt al met al tóch een cultureel interessante dag geweest te zijn.
Op naar de eerste (en enige :-P) munro in onze tocht, op naar dag 11!