Vlieg

“D’r zitten hier allemaal vliegen! Haal ze nou eens weg!” Geïrriteerd keek je ons aan. Je had een blos op je wangen. En je lijf deed zeer, zelf kon je er niet meer bij. Maar er waren geen vliegen. Althans, wij zagen ze niet. Jij wel. Onder invloed van morfine of ophoping van gifstoffen in je lijf zag jij vliegen. En vooral die ene dikke zat je dwars. Die moest weg.

“Haal ‘m weg!” riep je. En ik zei dat er geen vlieg was en ik deed de lamp aan om te laten zien dat er geen vlieg zat. Even geloofde je me. Maar toen ik het licht weer uitdeed was de vlieg ook weer terug. En weer vroeg je me om die vlieg weg te halen, die ‘vieze vette rotvlieg’. Ik zei nog dat ik er niet bij kon vanwege je bed dat in de weg stond. “Nou”, zei je, “Dan ga je toch een plank halen bij de Karwei? Dan leg je die op mijn bed en dan kun jer zo op staan om die vlieg weg te halen.”Ik zei dat die winkel al gesloten was. Ik dacht je daarmee wel om te tuin te leiden, maar je werd nog bozer en riep “Nou, echt niet, Karwei is open tot negen uur, maar je wilt het gewoon niet voor me doen!” En je hád gelijk; Karwei was nog open, d’r was alleen geen vlieg in de kamer.

Al mijn argumenten opgebruikt zuchtte ik en zei dat er geen vlieg was. “Rotmeid!” riep je, “Je wilt hem gewoon niet weghalen! Ga uit mijn ogen! Ik wil je niet meer zien!” En ik liep de keuken in, droeg de fakkel voor het moment even over aan vader en zus. Na een time-out van een aantal minuten, kwam ik bij je terug. Om te kijken of je alweer wat gekalmeerd was. Je begon te huilen en je pakte mijn hand. “Je bent toch niet boos op me?”, vroeg je me. “Natuurlijk niet, gekkie”, zei ik en mijn hart huilde mee.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Scroll naar boven